De Pauken zijn opvallende instrumenten binnen het orkest zowel visueel als auditief. Het zijn grote keteltrommen uit koper vervaardigd en bespannen met een vel. Vroeger met kalfsvel en tegenwoordig steeds meer met synthetisch vervaardigde vellen. De toonhoogte is afhankelijk van de spanning van het vel en de plaats waarop het vel geraakt wordt. De grootte van de eronder liggende resonantie ruimte bepaalt in welk toonbereik de pauk gebruikt kan worden.
Vroeger werd de toonhoogte van de pauk aangepast door het instellen van de stemschroeven die het vel strakker of losser konden maken. De moderne orkestpauken zijn uitgerust met een pedaal dat de spanning in het vel regelt. Met een mechaniek van trekstangen wordt de positie van het pedaal omgezet in de gewenste vel spanning.
Een uitgebreide pauken set bestaat uit vijf pauken.
De pauk wordt bespeeld met mallets, afhankelijk van het gebruikte materiaal (kurk,leer,vilt) en de plek waar het vel aangeslagen wordt kan de klankkleur beïnvloed worden. Het instrument heeft een extreem dynamisch pallet tot zijn beschikking van zeer zacht tot uiterst sterk (pppp tot FFFF).
Ofschoon de pauk binnen een orkest altijd prominent aanwezig is, heeft Haydn's "symfonie met de paukenslag" een grote bekendheid verworven.
